Om uit te leggen wat er bij over-geëmotioneerdheid in ons lichaam gebeurt, gebruik ik vaak de metafoor van het lichaam als emmer. Een emmer is gemaakt om water op te vangen. Als je hem onder een kraan zet die druipt, dan zal er een hele tijd geen probleem zijn. Als je de emmer regelmatig leeggiet zal de lekkende kraan geen probleem blijven. Maar als je de emmer continu onder de lekkende kraan laat staan, komt er een moment waarop de overvolle emmer in oppervlaktespanning komt te
staan. De volgende kleine druppel doet dan een enorme hoeveelheid water uit de emmer lopen.
Ons lichaam is een buffer systeem. Het kan heel veel spanning absorberen en kan dat telkens opnieuw, maar het moet tussentijds ontspannen worden. Anders loopt de basisspanning geleidelijk aan te hoog op en wordt de buffercapaciteit stilaan sterk verminderd.